Het Loco Buggy-systeem

De bescherming van het milieu ligt ons zeer na aan het hart. Daarom zijn we zo trots op de Loco Buggy, ons zelf ontwikkelde transportsysteem waarmee we veel vrachtwagenritten en CO2-uitstoot kunnen vermijden. Spoorvoertuigen met een afwijkende spoorwijdte konden de fabriek tot voor kort alleen over de weg verlaten. Onze Loco Buggies hebben de weg – of in dit geval het spoor natuurlijk – vrijgemaakt voor smal- en breedspoortreinen.

Ook voor voertuigen met dezelfde spoorwijdte biedt ons Loco-systeem uitkomst. Onderstellen van stoptreinen die niet geschikt zijn voor lange afstanden zonder tussenstops, niet-conforme wielprofielen voor voertuigen voor de export of wielen die beschadigd zijn geraakt bij een ongeval: allemaal situaties waarin onze Loco Buggies uitstekende diensten bewijzen. Als een extra breed voertuig te dicht bij de perronranden zou komen, zetten we het liever op de Loco Buggy zodat de profielen buiten de gevarenzone blijven en het toch over het spoor vervoerd kunnen worden.

Er zijn verschillende types beschikbaar voor uiteenlopende toepassingen alsmede laadperrons. Ook het verplaatsen van lading van een asymmetrisch driebaanspoor naar een symmetrische configuratie wordt mogelijk via een speciale perronconstructie.

Koppelwagen

De treinen op de Europese spoorwegen worden al sinds mensenheugenis voorzien van twee verschillende koppelsystemen. De locomotieven en wagons worden traditiegetrouw uitgerust met een trekhaak voor de overdracht van de trekkracht en twee buffers om de druk op te vangen. Deze zijn berekend op de inwerking van grote mechanische krachten. Treinstellen zijn daarentegen meestal voorzien van centrale bufferkoppelingen om zowel de trek- als de drukkrachten op het chassis op te vangen. In de praktijk worden deze verschillende koppelingssystemen niet samen toegepast.

Het komt echter voor dat ze toch gecombineerd moeten worden in een treinstel. Deze situatie kan zich voordoen wanneer een defecte wagon afgesleept moet worden door een locomotief. In dat geval wordt er een afsleepkoppeling op de trekhaak van de locomotief gemonteerd om de voertuigen te koppelen. Aangezien de trekhaak in zo’n uitzonderlijk geval bij gebrek aan buffers mogelijk aan drukkrachten wordt blootgesteld, moeten er specifieke maatregelen worden getroffen om de veiligheid te waarborgen. Conform het algemene verkeersrecht wordt gesproken van afslepen als er sprake is van assistentie in een noodsituatie en het af te slepen voertuig onklaar is geraakt.

Veilige interface voor voertuigen met een centrale bufferkoppeling

Gepland vervoer zonder technische noodsituaties wordt in het transportrecht aangemerkt als slepen. Voorbeelden hiervan zijn transporten van nieuwe voertuigen vanuit de fabriek naar een zeehaven. In deze gevallen wordt de verbinding tussen de sleeplocomotief en het te slepen voertuig gerealiseerd met een koppelingsadapterwagen. Deze speciale wagons hebben aan de ene kant buffers en trekhaken die compatibel zijn met die van de locomotief en aan de andere een centrale bufferkoppeling die geschikt is voor de te slepen trein. Via koppelingsadapterwagens kunnen combinaties met verschillende koppelingssystemen toch veilig gekoppeld worden. RailAdventure beschikt over een vloot aan koppelingsadapterwagens om in te zetten voor opdrachten van klanten. Een deel ervan is berekend op testritten met snelheden tot 220 km/h.

Met onze variabele koppelingsadapterwagens kunnen de meest uiteenlopende koppelingshoogtes boven de rails overbrugd worden. Van trams met zeer laaghangende koppelingen tot hogesnelheidstreinen op een Loco Buggy: zo kunnen alle voertuigen gekoppeld worden.

RailAdventure heeft de meest uiteenlopende koppelingstypes in huis die op de koppelingsadapterwagens gemonteerd kunnen worden.